Zeedahlia's
Deze duikplaats heeft verschillende namen. Buiten de Nieuwe kerkweg staat hij ook
bekend als Den osse, Meeuwenstein en waarschijnlijk nog een paar namen. De is
bovendien één van de drukst bezochte duikplaatsen in Zeeland, dus als je hier wilt
duiken moet je er, vooral in het weekend, vroeg bij zijn. Gelukkig is de grote
parkeerplaats van alle gemakken voorzien. Er staat een friettent en mobiele toiletten
zijn ook aanwezig, alleen douches ontbreken nog.
Vanaf 2008 zijn er trappen en steigers geplaatst om het duikers makkelijker te maken
om het water te bereiken. Er is gebruik gemaakt van drijvende steigers die bij zwaar
weer kwetsbaar kunnen zijn. Op dit moment zijn ze daarom ook voor onderhoud
verwijderd. Wanneer ze weer worden teruggeplaatst is op dit moment onbekend. Pas
daarom op bij het tewater gaan, de stenen kunnen glad zijn!
Dieptekaartje
Vanaf de kant loopt het eerst langzaam af. Dit gedeelte heeft een zandbodem. Een
meter of 20 vanaf de kant zwem je tegen een stenen onderwaterdijkje op, daarachter
gaat de stenenhelling steil de diepte in. Opmerkelijk zijn de grote betonnen platen, die
als enorme tegels, de helling voor een groot gedeelte bedekken. Tussen de platen kom
je soms een zeldzame Zeedahlia tegen Vanaf het voorjaar van 2002 zijn hier, net als in
Scharendijke, kunstmatig riffen geplaatst, bestaande uit zo'n 100 "Reefballs". De
initiatiefnemers zijn de plaatselijk duikondernemers in samenwerking met Stichting
Kunstrif Zeeland. Inmiddels zijn ze voor een groot gedeelte begroeid met allerlei
levensvormen en zonder uitzondering allemaal bewoond door Kreeften
Flora & Fauna
Het onderwaterleven is hier opmerkelijk divers. Ook dieren die je niet zo snel verwacht
zoals Dodemansduim en Zeedahlia's kun je hier tegenkomen. Het gebruikelijke
Grevelingenleven, zoals de o.a. de Knotszakpijp, komt hier ook in ruime mate voor. Dit
is te danken aan de ruime vestigingsmogelijkheden van deze duikplaats. De stenen
helling loopt tot ver in de diepte door.
Als je goed kijkt zie je hier ook vaak opmerkelijk grote Zeenaalden. Met hun kop naar
beneden gericht proberen de Zeenaalden zich zo min mogelijk te bewegend. Daarmee
lijken ze op het eerste gezicht op zeegrasachtige wieren. Pas als ze zich bewegen vallen
ze op. |
| |